EIB: trends in de bouwarbeidsmarkt 2025–2029

De arbeidsmarkt in de bouw blijft krap en bepaalt in hoge mate wat we met elkaar kunnen realiseren. Het Economisch Instituut voor de Bouw publiceerde recent een rapport met actuele inzichten. Als netwerk van de bouwtoelevering delen we graag de hoofdlijnen die voor onze leden relevant zijn; voor het complete beeld verwijzen we naar het rapport zelf.

Om de voorziene productie te halen zijn in de periode 2026–2029 ongeveer 75.000 extra voltijds arbeidskrachten nodig. Ongeveer 50.000 kunnen via het onderwijs instromen, de overige 25.000 moeten via zij-instroom worden gevonden. Tegelijk liet 2024–2025 een opmerkelijk beeld zien: de werkgelegenheid groeide terwijl de productie daalde of stagneerde. Het EIB wijst daarbij op lagere arbeidsproductiviteit, meer vacatures en een afname van het aantal zelfstandigen in het licht van strengere handhaving op schijnzelfstandigheid.

Vooruitkijkend rekent het EIB op gemiddeld 3 procent productiegroei per jaar en een productiviteitsherstel van circa 1,5 procent. Dat levert ongeveer 25.000 extra arbeidsjaren op, naast een vervangingsvraag van zo’n 50.000 door pensionering en uitval. Aan de instroomkant stabiliseert de groei in bouwopleidingen, terwijl de gww onder druk staat, juist waar de opgaven toenemen. Op de langere termijn houden de energietransitie en de concurrentie met industrie en defensie de krapte structureel.

Hoewel niet alle thema’s van dezelfde orde zijn of één-op-één vergelijkbaar in de bouwmaterialenhandel en -industrie, is de rode draad helder: de arbeidskrapte vraagt eerder nu dan later om keuzes voor je organisatie.

Lees het rapport en bepaal wat urgente aandacht verdient.

Lees hier het EIB-rapport